Spelenderwijs leren: een themahoek is daar ideaal voor. De objecten roepen niet alleen herkenning op, ze zorgen ook voor betrokkenheid en stimuleren interactie tussen kinderen. Allemaal belangrijke ingrediënten voor goed woordenschatonderwijs. Maar hoe ga je effectief te werk? Onze trainer Ilse vertelt het in deze blog aan de hand van een praktisch voorbeeld: themahoek de schoenenwinkel.

 

Zo bouw je een themahoek

Iedereen heeft wel (oude) schoenen in allerlei soorten en maten. Van babyschoenen tot laarzen en slippers, alles kan een plek krijgen in de themahoek. Als je start met een themahoek, begin dan laagdrempelig met een toonbank, schoenendozen en schoenen. “Richt de hoek samen met de kinderen in, dat zorgt voor extra betrokkenheid,” tipt trainer Ilse. “Je kunt de hoek later verder uitbreiden, maar start simpel.”

De kracht van herkenning

Wat dit thema zo krachtig maakt, volgens Ilse, is dat het onderwerp dicht bij huis is. Ieder kind kent het fenomeen schoenenwinkel, daarom is de betrokkenheid groot. De schoenenwinkel leent zich perfect voor spelenderwijs leren: sorteren, meten, passen, rangschikken van groot naar klein, verkopen, kijken naar de verschillende maten en getalbegrip oefenen. Kinderen kunnen het koppelen aan hun eigen voeten: Past het? Past het niet? Waarom past het niet? Welke schoenen zouden wel passen? 

Daarnaast kun je heel veel leerdoelen aan het thema schoenenwinkel koppelen. Er kan veel taal aan bod komen, maar tegelijkertijd is het onderwerp afgebakend. Het gaat namelijk om 1 onderdeel van je lijf, dus als de kinderen gaan passen, is dat erg praktisch, want je hoeft alleen even je schoenen uit te trekken.

De viertakt toepassen met jouw themahoek

Om te beginnen selecteer je de woorden om aan te bieden in de themahoek en bedenk je van tevoren goed met welke leerdoelen je aan de slag gaat. Nieuwe woorden bied je aan door middel van de didactische aanpak de viertakt: voorbewerken, semantiseren, consolideren, controleren. Hieronder vertellen we hoe je elke stap concreet kunt toepassen in de schoenenhoek.

1. Voorbewerken – de aandacht pakken

Trainer Ilse laat zien hoe je voorbewerkt met als voorbeeld de themahoek schoenenwinkel

Tijdens de eerste stap van de viertakt zet je de kinderen “aan”. Dat is een heel kort moment: dit kan heel theatraal door een toneelstukje op te voeren, door aan allebei de voeten een andere schoen aan te doen of door bijvoorbeeld een gekke bek op te zetten. Ilse geeft als voorbeeld: “We hebben het gisteren gehad over schoenen. Ik heb vanochtend een schoen én een slipper aangetrokken, we gaan het hebben over: hetzelfde en anders.”

 Zo activeer je de voorkennis en wek je nieuwsgierigheid.

2. Semantiseren – betekenis geven

Semantiseren in de themahoek schoenenwinkel
Semantiseren in de themahoek schoenenwinkel

Tijdens het semantiseren introduceer je de nieuwe woorden en begrippen. Gebruik hiervoor de scripts op de leerkrachtkaarten van LOGO. Dit is een kort moment van ongeveer 2 minuten waarin je de woorden uitlegt en herhaalt.

3. Consolideren – kinderen spelen in de themahoek

kinderen spelen in de themahoek schoenenwinkel

Nu gaan de kinderen ermee aan de slag en komt het spelen centraal te staan. Het is tijd om echt winkeltje te spelen.

De kinderen spelen in groepjes rollenspellen: iemand is de verkoper, iemand zet de schoenen mooi neer, een klant, kassamedewerker, iemand kan stickers plakken, helpen met het passen van de schoenen, schoenen in de dozen doen enzovoort. Door actief bezig te zijn, herhalen de kinderen de woorden steeds opnieuw. Jij als leerkracht speelt mee, begeleidt, stelt vragen en benoemt de woorden.

  1. Er zijn eindeloos veel mogelijkheden om leerdoelen te koppelen, bijvoorbeeld:
  2. Welke schoenen horen in welke doos? Grote schoenen passen niet in een kleine doos, dat heeft allemaal te maken met ruimtelijk inzicht;
  3. Schoenen passen en kopen;
  4. Schoenen sorteren: winterschoenen, zomerschoenen, zo kun je de seizoenen erbij betrekken;
  5. Laat kinderen hun eigen voet omtrekken, laat ze vervolgens kijken welke maat er in hun schoen staat en zet het getal in de omtrek. Nu kunnen de kinderen alle voeten op een rijtje zetten met alle maten. Op die manier zijn ze ook met cijfers bezig te zijn;
  6. Voeten opmeten is ook heel lollig. Maak bijvoorbeeld een plank die je in een schoenenwinkel ook hebt, om je voeten te meten. Of laat kinderen creatief met een stukje touw meten, of met de centimeter, leg dus in de themahoek props klaar om mee te meten;

 

Verwondering en onderzoeken stimuleer je met een themahoek. Er zijn ontzettend veel kaarten vanuit LOGO die je kunt koppelen aan themahoeken, ga daar creatief mee om en denk niet te moeilijk.

Controleren

4. Controleren – checken of de kinderen de woorden kennen 

Als laatste controleer je of de woorden echt beklijven. Dat kan spelenderwijs.  Check of de kinderen de woorden actief en/of passief kennen. Je kunt actieve beheersing controleren door te kijken of de kinderen de woorden actief in zinnen gebruiken en of ze het woord weten te zeggen. En passieve beheersing kun je controleren door bijvoorbeeld te vragen: “Wijs maar aan op de woordmuur waar je het woord de kassa ziet?” Zo houd je zicht op de ontwikkeling en weet je waar extra herhaling en consolideren nodig is.

De themahoek schoenenwinkel laat zien hoe je spel en taal naadloos kunt verbinden. Door de viertakt als leidraad te gebruiken, zorg je dat kinderen niet alleen spelen, maar ook écht nieuwe woorden leren en onthouden. En het mooie is: ze doen dat met plezier door te spelen.

Lees verder